Deze basistips voor het goed ventileren van een publieke ruimte zijn op verzoek van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport door TNO opgesteld.

Niet te veel mensen in een ruimte

Meer mensen in een ruimte betekent meer stoffen in de lucht. Hoe meer mensen, hoe meer frisse lucht moet worden toegevoerd om de binnenlucht gezond te houden. Dat moet het ventilatiesysteem wel aan kunnen. Bij te weinig ventilatie kunnen klachten als vermoeidheid, hoofdpijn of zelfs duizeligheid ontstaan. Bij te weinig ventilatie en lang verblijf neemt de kans ook toe dat mensen elkaar besmetten als er iemand in de ruimte aanwezig is die iets onder de leden heeft en besmettelijk is.

De wettelijke eisen voor ventilatie zijn opgenomen in het Bouwbesluit 2012. In dit document zijn eisen opgenomen waaraan nieuwe gebouwen moeten voldoen. Ventilatie is er daar één van, maar er zijn veel meer eisen. Het hangt bijvoorbeeld niet alleen van de ventilatiehoeveelheid af hoeveel mensen er tegelijk in een ruimte mogen zijn. Daar spelen ook eisen over brandveiligheid en ARBO-wetgeving een rol bij.

 

Naast de eisen uit het Bouwbesluit is er voor horecagelegenheden een aanvullende eis voor ventilatie gegeven in de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 .

 

Volgens de Woningwet is de gebruiker van een gebouw verantwoordelijk voor het juist gebruik van de aanwezige ventilatievoorzieningen. Wie een gebouw huurt met een bestaand ventilatiesysteem is dus zelf verantwoordelijk dat hij of zij het juist gebruikt. De wet schrijft niet voor wie verantwoordelijk is voor aanpassingen van het systeem. Dat spreken eigenaar en gebruiker samen af. De wet zegt alleen dat je een gebouw niet mag (laten) gebruiken als niet aan de wettelijke eisen is voldaan.

 

De hoeveelheid frisse buitenlucht die moet worden toegevoerd moet voldoende zijn voor het aantal mensen dat in de ruimte aanwezig is. Wie meer mensen toelaat is strikt gesproken in overtreding. Ga je de ruimte voor een andere functie gebruiken? Dan moet je opnieuw uitrekenen hoeveel frisse buitenlucht nodig is.

 

Het Bouwbesluit geldt voor gebouwen vanaf 2012. Voor oudere gebouwen ligt het iets ingewikkelder. De basis voor de ventilatie-eisen wordt met een juridische term het “rechtens verkregen niveau” genoemd. Dat staat voor de eisen die golden op het moment dat het gebouw in gebruik werd genomen. Maar er is wel een ondergrens. In het Bouwbesluit 2012 zijn ook zogeheten “eisen voor bestaande bouw” opgenomen. Dat is het minimumniveau voor alle gebouwen die momenteel nog worden gebruikt, hoe oud ze ook zijn. Als het rechtens verkregen niveau daaronder ligt, gelden de basiskwaliteitseisen bestaande bouw.

 

Voor gebouwen met verschillende bouwjaren kunnen dus verschillende ventilatie-eisen gelden. Maar dat betekent niet dat de risico’s van slechte ventilatie anders zijn. Om voor voldoende frisse lucht te zorgen is het daarom verstandig om minimaal uit te gaan van de eisen voor nieuwbouw in het Bouwbesluit 2012.

Bepaal welk wettelijk minimumniveau voor de ruimte van toepassing is. Besluit of u dat minimumniveau voldoende vindt, of strengere eisen wilt hanteren. Bepaal vervolgens hoeveel mensen maximaal tegelijk de ruimte kunnen gebruiken. Roep bij twijfel de hulp in van een deskundig adviseur.